Het lichaam weet

Je hebt al gereageerd voordat je je bewust bent van de volledige situatie. Je emotie en gedrag reageren sneller dan je denken. Je hebt al een handreiking gedaan voordat je beseft dat je zelf een overvolle agenda hebt. Lichamelijke reacties zijn al ingezet voordat je mentale bewustzijn in actie komt.
Onze vecht – vlucht reflex wordt in de eerste jaren van het leven aangelegd, op sensorisch, emotioneel, lichamelijk niveau. Mentale activiteiten vragen om woorden en taal, ontstaan later. Het gevoel van veiligheid ontstaat allereerst sensorisch in het fysieke contact. Daar komen geen woorden aan te pas.
Dr. David Servan-Schreiber onderbouwd in ‘Uw brein als medicijn’ hoe dat in de hersenen werkt. “De bouw van het emotionele brein is heel wat eenvoudiger dan die van de neocortex. In tegenstelling tot de neocortex, zijn bij het limbisch systeem de meeste gebieden niet opgebouwd in regelmatige lagen van neuronen die informatieverwerking mogelijk maken: de neuronen zijn er min of meer met elkaar versmolten. Als gevolg van de meer rudimentaire structuur is de informatieverwerking door het emotionele brein ook een stuk primitiever dan die binnen de neocortex. Maar hij verloopt sneller en is beter aangepast aan reacties die essentieel zijn voor overleving. Zo kan in een donker bos een op een slang lijkend stuk hout op de grond een angstreactie teweegbrengen. Zelfs nog voordat andere delen van de hersenen de analyse hebben kunnen voltooien om te concluderen dat het om een ongevaarlijk voorwerp gaat, heeft het emotionele brein, op basis van zeer onvolledige en dikwijls foutieve informatie, al een overlevingsreactie losgemaakt die van toepassing leek. Zelfs het weefsel van het emotionele brein is anders dan dat van de neocortex. Wanneer bijvoorbeeld het herpes- of het hondsdolheidsvirus de hersenen aanvalt, wordt alleen het diepgelegen brein aangetast, niet de neocortex. Daarom is de eerste manifestatie van hondsdolheid een volstrekt abnormaal emotioneel gedrag.
Het limbisch systeem ‘vormt een commandopost die constant informatie ontvangt uit de verschillende delen van het lichaam en daarop op de geëigende manier reageert en zo het fysiologisch evenwicht instandhoudt: de ademhaling, het hartritme, de bloeddruk, de eetlust, de slaap, het libido, de afscheiding van hormonen en zelfs het functioneren van het immuunsysteem staan onder zijn toezicht. De rol van het limbisch systeem is waarschijnlijk het bewaren van het evenwicht tussen de verschillende functies. De ‘homeostase’, het dynamische evenwicht dat ons in leven houdt. Zo bezien zijn onze emoties niet meer dan de bewuste beleving van een omvangrijk geheel van fysiologische reacties die voortdurend de activiteit van de biologische systemen in het lichaam bewaken en deze afstemmen op de dwingende prikkels vanuit de interne en externe omgeving. Het emotionele brein staat dus in een haast nog intiemer contact met het lichaam dan met het cognitieve brein. En dat is dan ook de reden dat het dikwijls eenvoudiger is tot de emoties door te dringen via het lichaam dan via de taal.